Hans en Candy Dulfer: 'Als ik naar het toilet ga neem ik mijn saxofoon mee'
- Nieuws
- Hans en Candy Dulfer: 'Als ik naar het toilet ga neem ik mijn saxofoon mee'
Ze zijn vader en dochter en allebei onafscheidelijk van hun saxofoons: Hans en Candy Dulfer. Er is dus eigenlijk geen beter duo te bedenken voor de wekelijkse rubriek 'Een Goed Stel' van De Nieuws BV, waarin muzikanten vertellen over de liefde voor hun instrument.
Video niet beschikbaar
Saxofoonlegende Hans Dulfer werd in juni 80 jaar. Eigenlijk zou hij dat met een grote show vieren, maar 'een of andere ziekte' gooide roet in het eten. Gelukkig is het verplaatst naar volgend jaar, want Hans en zijn saxofoon zijn na al die jaren nog steeds onafscheidelijk.
De liefde begon al vroeg: "Mijn zuster ging naar een jazzclub in Amsterdam en ik mocht een keer mee als chaperonne. Toen ik binnenkwam zag ik een hele grote donkere man en die speelde op een glimmend instrument. Alle mooie vrouwen keken naar hem en hij dronk het meeste bier van allemaal. Toen dacht ik: dat wil ik worden."
Toen ik geboren werd zeiden de zusters in het ziekenhuis tegen mijn moeder: 'Als je naar huis gaat met haar, zet dan gelijk een keiharde jazzplaat op'.
Getetter
Candy Dulfer werd op jonge leeftijd al ondergedompeld in de wereld van jazz en saxofoonmuziek, met haar vader als grote voorbeeld. "Toen ik geboren werd zeiden de zusters in het ziekenhuis tegen mijn moeder: 'Als je naar huis gaat met haar, zet dan gelijk een keiharde jazzplaat op. Want je man is muzikant en dan raakt ze tenminste gewend aan dat getetter'. Dat hadden ze goed gezien, want Hans speelt elke dag keihard in huis. Dus dat moest ik als baby'tje ondergaan natuurlijk."
Op haar vijfde begon Candy zelf met saxofoon spelen. "Eigenlijk best laat als je bedenkt dat ik dat instrument de hele dag hoorde." Ze begon met een kleine sopraan saxofoon. "Hans had een baan en hij speelde saxofoon tegelijkertijd, dus hij was er niet vaak. Maar hij was wel de leukste vader, dus het was gelijk een moment dat we samen konden doorbrengen. Ik ben heel erg aangemoedigd, maar nooit gedwongen. Het was altijd een vrije keuze."
Harmonie
Hans Dulfer heeft zijn opleiding gehad in een harmonie en fanfareorkest. "Dat was voor mij de beste opleiding, want je kreeg een heel dun lesboekje. Toen heb ik ontdekt dat een dun boekje het beste is, want als je een dikke hebt moet je veel langer studeren voordat je goed saxofoon kan spelen."
Ook Candy heeft veel geleerd van haar tijd in een harmonieorkest, maar ontgroeide het op een gegeven moment wel. Niet gek als je bedenkt dat ze al vanaf haar zesde mocht optreden met haar vader: "Mijn eerste optreden was het voorprogramma van Peter Tosh in de Jaap Eden Baan. Daar speelde Hans met zijn band en ik mocht meedoen."
Als echte liefhebber heeft Hans Dulfer door de jaren heen talloze saxofoons verzameld, vooral oude exemplaren. "Op een gegeven moment had ik er 42." Een favoriet heeft hij niet, maar er is wel een saxofoon waar hij het meest aan te danken heeft: de saxofoon waar hij nog steeds op speelt.
"Ik werd gevraagd om in een bandje te spelen, maar ze vonden me een beetje onzuiver spelen. Toen hebben ze een maand lang in een café in Haarlem gespeeld en van die inkomsten een Selmer voor me gekocht, de Stradivarius onder de saxofoons die ik nooit zelf had kunnen betalen. Echt te gek, alleen achteraf bleek er een probleempje te zijn. Ik bleek nog steeds onzuiver te spelen."
Emotioneel
Candy heeft bijna al haar saxofoons van haar ouders gekregen. "Dus ik was er in het begin wat makkelijker mee. Ik weet nog wel dat ik zestien was en mijn sax had laten vallen. Er zat een hele deuk in. Dus wij gingen naar een muziekwinkel in Amsterdam. Ze namen mijn saxje en schoven ze op een pijp, en hij wil net zo'n grote hamer pakken om die buts eruit te halen. En Hans was echt serieus geëmotioneerd. Hij zegt: 'Kom kind we gaan heel even naar buiten, ik kan dit niet aan'. Maar ik ben nu ook zo geworden, je gaat het een eigen leven toedichten en je gaat er tegen praten. Het gaat iets met je doen natuurlijk, we zijn al zo lang hiermee verbonden."
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Als ik naar het toilet ga neem ik mijn saxofoon mee. Ik was wel mijn handen daarna.
Zowel vader als dochter zijn na al die jaren vervlochten met hun instrument. Hans Dulfer laat zijn saxofoon zelfs nooit alleen: "Ik vertrouw niemand in die clubs waar ik speel. Ik heb wel eens meegemaakt dat een saxofonist in de pauze wat aan de bar stond te drinken, en iemand met zijn saxofoon zag weglopen. Dus als ik naar het toilet ga neem ik mijn saxofoon mee. Ik was wel mijn handen daarna."