'Eidermannetjes is te mooi om te broeden'
- Nieuws
- 'Eidermannetjes is te mooi om te broeden'
Die Staatsbosbeheerman is vast geïrriteerd, denkt een bezorgde Lies Visschedijk als ze te laat is voor haar afspraak. Hij moet vast écht werken, in plaats van te wachten op een hysterica om eenden te bekijken. "Er zit niks anders op dan een grote excuusfles te kopen", aldus Lies Visschedijk in het column voor Vroege Vogels.
Lies Visschedijk: eidereenden
Lees hieronder de gehele column:
Ik verheug me er al de hele kampeerweek op: ik ga met een meneer van Staatsbosbeheer naar de Vlielandse Kroon’s Polders. ik hoop daar eenden te zien. Als het vloed wordt, en het wad onderloopt rusten de vogels daar graag uit.
Gewone stervelingen mogen er niet in. Zeker geen kinderen! Maar ik nu wel, want ik heb een brutale mail gestuurd. Ene Lars neemt me mee de Kroon’s Polders in. Om tien uur. Soms zit het ook weleens mee in het leven.
Ik sluip om negen uur de tent uit en neem mijn kijker mee. Het hele gezin slaapt nog. Als ik de camping af fiets regent het zo hard dat ik Google maps niet zo goed meer kan lezen. Ik sla linksaf het bos in, en fiets zo hard ik kan. Het water begint inmiddels via mijn natte broek mijn schoenen in te lopen. Lars heeft vast een prachtig donkergroen ademend goretex pak aan, denk ik. En rubberlaarzen.
Bij een splitsing die ik niet ken sla ik weer af.
Even later rijd ik weer langs de camping.
Ik probeer het nog een keer. Het regent harder.
Ik sla nu niet links-, maar rechtsaf in het bos. Ik fiets door en daar is het Dorp ineens.
Daar aangekomen spoelt een lens uit mijn ene oog en het andere loopt vol mascara.
Dat is absoluut niet de bedoeling: De Polders liggen aan de andere kant van het eiland. Een natte mevrouw op straat wijst me de grote weg, dat is de snelste route.
Daar aangekomen spoelt een lens uit mijn ene oog en het andere loopt vol mascara. Ik heb bijna min zes. De fietspaddestoelen kan ik niet meer vinden en zeker niet meer lezen.
Het fietspad kan ik met wat moeite nog wel onderscheiden van het duin.
Wat ik óók kan onderscheiden is de camping, die na een tijd weer opdoemt.
Ik maak me nu wel zorgen om de Staatsbosbeheerman. Hij is vast geïrriteerd. Hij moet eigenlijk rietschermen maken, met boomstammen slepen, écht werken, in plaats van te wachten op een hysterica om eenden te bekijken. En dat alles omdat ze daar iets over wil schrijven.
Cafe het Posthuys, dat ligt toch vlak bij de Kroonspolders?
Een mevrouw daar neemt gelukkig de telefoon op. Jazeker ziet ze een man staan wachten, met een fiets, bij het informatiebord. Even later belt Lars zelf terug. Komen heeft geen zin meer. Hij moet om elf uur alweer iets anders doen. in het bezoekerscentrum kunnen we nog even praten straks. Tien excuses verder zeg ik nog: nou Lars, als je me straks daar ziet, mag je me vol in het gezicht stompen. Het blijft stil aan de andere kant van de lijn. Vol schaamte fiets ik het dorp weer in. Begin je nu al met drinken, zegt de slijter in de dorpsstraat als ik binnenkom. Hij vertelt me dat Lars van kruidenbitter houdt. Natuurlijk.
Ik mag nog iets vragen over eidereenden. Waarom zie ik nu geen mannetjes?
Met een grote excuusfles kom ik het bezoekerscentrum binnen. Ik neem me voor om volgend jaar met een telescoop naar de Kroon’s polders te gaan zodat ik alles kan zien vanuit de vogelhut en geen enkele vogel daar van mij hoeft te schrikken. Veel beter eigenlijk.
Vanuit een vitrine kijkt een opgezette eidereend me aan. Daar hoef ik gelukkig niet persé voor naar de Kroonspolders, want achter het Dorp heb ik ook eidereenden zien zwemmen. Een groepje vrouwtjes, in een soort kring. Wat doen ze daar?
Na twee koffie komt Lars binnen: Een zeer verregende, Mees Kees achtige jongen. Hij heeft drie kwartier heen gefietst en drie kwartier terug. Voor niks. Maar wel met een brede glimlach. Ik mag nog iets vragen over eidereenden. Waarom zie ik nu geen mannetjes? Die zijn allang weg, zegt Lars. De mannetjes zijn veel te fel gekleurd om te broeden, dus dat doen ze niet.
Inderdaad zien de eidermannetjes er uit alsof ze bij het Cirque du Soleil werken. Een broedende Pierrot, dat is vrágen om problemen met roofvogels.
Het circus komt dus even langs op Vlieland, bevrucht de eidervrouwtjes en trekt dan weer door naar Noord- en Oost-Europa. Het zou allemaal zeer sneu en eenzaam zijn, als je niet zou zien hoe die vrouwtjes het daarna samen hebben. In groepjes, crèches dus, wordt de kinderen geleerd hoe ze voedsel moeten zoeken. Moeders, oma’s, tantes, de ongetrouwde zus, iedereen helpt mee.
Het is een prachtig gezicht. Je zou haast met ze mee willen, op die betoverend mooie Waddenzee.
Vroege Vogels: iedere zondagochtend van 07.00 tot 10.00 uur.
Vroege Vogels is hét programma over natuur en milieu. Op zondagochtend te beluisteren op NPO Radio 1 en vrijdagavond te zien op NPO 2. Like Vroege Vogels op Facebook of volg het programma op Twitter of Instagram.