‘Tijd is het oude achter je laten, terwijl het nieuwe alweer klaarstaat'
- Nieuws
- ‘Tijd is het oude achter je laten, terwijl het nieuwe alweer klaarstaat'
Zo tegen het einde van het jaar lijkt de tijd wel extra snel te gaan. Voor je het weet staat 2022 alweer in de geschiedenisboeken. Spraakmakers vroeg luisteraars naar hun relatie met het begrip tijd. Drie van hen vertellen hoe zij zich tot de tijd verhouden.
‘Je kunt je niet veroorloven te laat te komen’
Tim Bootsman stelt dat het in zijn werk als buschauffeur essentieel is om op tijd te beginnen. “Je kunt je gewoon niet veroorloven om een paar keer per jaar te laat te komen.” Volgens hem deelt een buschauffeur zijn tijd op de minuut in. Dat gaat Bootsman tegenwoordig prima af, zo lang hij maar geen minuten tekort komt.
“Ooit bij een eerdere werkgever vervloekte ik de tijd”, vertelt hij. Hij had daar 17 minuten pauze. “Omdat de rijtijd te kort was, kwam ik minstens twee keer minuten te kort. Dan had ik twee minuten nodig om van de bus naar de chauffeursruimte te lopen, en nog eens twee minuten om terug te lopen.” Als hij ook nog eens naar het toilet ging en zijn tas uitpakte had hij nog 5 minuten om zijn lunch naar binnen te schuiven. “Als je na zo’n dag thuiskomt dan zak je eigenlijk in elkaar en kan je niets meer”.
Tims huidige werkgever geeft hem voldoende tijd voor zijn busritten. “Nu ben ik gewoon blij om thuis te komen, dan is het de kat begroeten en dan is mijn leven van mij.”
Verhalen van Spraakmakers: de snelheid van tijd - deel 1
‘Mam, we eten echt nooit op tijd’
“Hier bij de paarden kom ik tot rust, en heb ik geen last van flashbacks”, zegt Marije die vertelt dat ze de tijd vaak helemaal kwijt is. “Beetje uitmesten, hooi geven en knuffelen. Voordat je het weet zijn we weer uren verder, en ben ik weer te laat met eten koken. De kinderen zeggen dan: ‘Mam we eten echt nooit op tijd.”
Marije heeft DIS, of een meervoudig persoonlijkheidssyndroom. “Het heeft te maken met dat je vroeger zulke nare dingen meemaakte dat je ze eigenlijk niet aankon. Dan ging je jezelf maar even opsplitsen ofzo in een fantasie. Het gevolg is dat soms het ‘paardenmeisje bij mij omhoogkomt en dan ben ik de tijd totaal kwijt. Ik vergeet dan dat ik kinderen, een man en een serieus huishouden heb.”
Soms gebeurde het dat Marije de vloer twee keer achterelkaar dweilde. “Dan komt er een kind binnen die zegt: dat heb je al gedaan. Ze probeerde lange tijd te verhullen wat er speelde. “Maar op een goed moment lukt dat niet meer. Ik wil gewoon mezelf zijn, zonder die andere soortement van ikjes. Ze hebben me geholpen om te overleven, maar ik wil die tijd achter me laten.”
Verhalen van Spraakmakers: de snelheid van tijd - deel 2
‘Ik ben chaotisch en de tijd gaat altijd te snel’
“De tijd zelf is voor mij lastig, want ik ben chaotisch en dan gaat de tijd altijd te snel”, vertelt Hugo Spruit. Voor hem als boer bestaat de tijd vooral uit het ritme van de dag, de seizoenen en het jaar. “De bladeren van het vorige jaar liggen nog op de grond terwijl de nieuwe knoppen alweer aan de bomen zitten. Dat is het mooie van de overgang van het oude achter je laten. Het nieuwe staat alweer klaar om een nieuw seizoen kleuren te geven.”
Dit jaar is Hugo laat met het maaien van zijn gras. “Dat wordt in herfst moeilijker omdat het zo veel natter wordt. Je denkt dan: dat had ik anders moeten doen. Het is een leven lang blijven leren en ook leren tevreden zijn met alles dat wel lukt.”
Hugo zegt het liefst te leven met hoe de natuur zijn dag indeelt. “Zeven dagen in de week hetzelfde ritme, dezelfde structuur van het verzorgen en het leven met de natuur en de dieren. Dan hoef je ook nooit de knop om te zetten van vrij zijn en werken. Nee, ik mag altijd werken.”
Verhalen van Spraakmakers: de snelheid van tijd deel 3
Praat mee met Stand.nl in de Spraakmakers Community
Niet alleen luisteren, maar ook meepraten? In de Spraakmakers Community kun je reageren op de stelling en als je wil sturen we je als eerste een nieuwsbrief met de stelling. Tot 10.00 kun je ook bellen met het gratis telefoonnummer 0800-1101 Aanmelden kan hier.
