Onderwijsaanbod in justitiële jeugdinrichtingen sluit vaak niet aan bij behoeften jongeren

Het onderwijsaanbod sluit in justitiële jeugdinrichtingen niet altijd aan op de jongeren. "Veel jongeren kunnen niet een opleiding volgen waar ze op dat moment aan toe zijn", stelt Elffers. De Onderwijsraad adviseert de Ministeries van Onderwijs en Justitie het systeem anders in te richten.

Moeilijk examens af te nemen

1500 tot 2000 jongeren gaan naar school in een justitiële jeugdinrichting (afgekort een 'JJI'). Zo'n 80 procent van de jongeren in de inrichtingen is 16 jaar of ouder. "Dat is een gevolg van de invoering van het adolescentenstrafrecht, het is wettelijk ondergebracht bij een wet op het speciaal onderwijs", vertelt Elffers.

En er zijn andere knelpunten: "Het is moeilijk examens af te nemen op JJI-scholen", stelt Elffers. Buiten de muren van de JJI een examen afnemen lukt soms niet. Daarnaast worden jongeren soms overgeplaatst naar een andere JJI, en kunnen ze daardoor hun opleiding niet voortzetten.

Samenwerken

"Er zijn veel jongeren die een mbo-opleiding volgen, sommigen zitten in de bovenbouw van havo of vwo, dat vraagt een ander onderwijsaanbod dan dat doorgaans kan worden aangeboden in een JJI", vertelt Elffers. De voorzitter van de onderwijsraad vertelt dat het samenwerken soms ook moeilijk kan zijn: "JJI-scholen moeten vaak samenwerken met onderwijsinstellingen buiten. Dat gaat soms goed, maar het is niet altijd vanzelfsprekend".

"Dat moet structureel georganiseerd worden, want die jongeren hebben recht op onderwijs", stelt Elffers. Ze pleit voor meer samenwerkingen tussen scholen.

Wat moet er veranderen?

Wat moet daarvoor veranderen volgens de voorzitter van de Onderwijsraad? Allereerst de wettelijke kaders, omdat JJI-scholen veel te maken hebben met verschillende regelgeving (justitie en onderwijs). Daarnaast moet elke JJI-school een examenlocatie kunnen zijn. Tot slot moeten er betere afspraken komen over de samenwerkingen tussen onderwijsinstellingen - zowel binnen en buiten de JJI.