Oud-minister Ernst Hirsch Ballin over immigratie: ‘Wij hebben belang bij migrerende werknemers’

We hebben met ons volle bewustzijn verdragen ondertekend over migratie, zegt oud-minister Ernst Hirsch Ballin in WNL Haagse Lobby op NPO Radio 1. “En daarmee verplichtingen aanvaard,” vervolgt hij, “zoals dat vluchtelingen opvang moeten krijgen in een land waarnaar ze gevlucht zijn, en dat ze hun gezin over mogen laten komen.” Dat was een van de lessen uit de geschiedenis die we hebben getrokken, zegt hij.

Dat betekent echter niet dat we de discussie over migratie moeten platslaan met een verwijzing naar de internationale verdragen, erkent Hirsch Ballin. Het verdrag over het Gemeenschappelijk Europees Asielstelsel zou volgens hem gemoderniseerd mogen worden. Die omvat een hele reeks richtlijnen, “die goede dingen hebben voortgebracht”, vindt hij, zoals het wegnemen van het zogeheten ‘asielshoppen’.

“Maar de kwaliteit van de opvang moet worden verbeterd en er moeten afspraken worden gemaakt over immigranten met de landen van herkomst, gebaseerd op een gemeenschappelijk belang. Dat is steeds weer in de versukkeling geraakt.” Volgens de ex-minister hebben wij belang bij migrerende werknemers.” Maar die moeten dan wel een behoorlijke huisvesting krijgen en niet worden uitgespeeld tegen Nederlandse werknemers, geeft hij aan. Dat behelst stilstaan bij de sociale gevolgen van migratie. Ook zouden we de afspraken met deze landen over remigratie moeten vergemakkelijken, vindt Hirsch Ballin.

Ten slotte is hij kritisch op het inkrimpen van de capaciteit van de IND en de asielzoekerscentra, in tijden van verminderde toestroom. Ten opzichte van vroeger kunnen we veel sneller beslissen of iemand recht heeft op opvang, maar dan moet je wel de capaciteit hebben om dat uit te voeren, aldus de CDA-coryfee.

Het probleem is niet dat we regels hebben, vindt Hirsch Ballin, maar dat we zo verkrampt over dit onderwerp spreken. “Waardoor we niet meer onderkennen waar die regels moeten worden verbeterd of aangevuld.”