Als Ze Maar Van Me Af Blijven
- Fragmenten
- Als Ze Maar Van Me Af Blijven
Begin april werden in Arnhem twee homo’s in elkaar geslagen omdat ze hand in hand liepen. Met een betonschaar werden de tanden bij een van de jongens uit z’n mond gemept. Een golf van verontwaardiging trok er door Nederland. En daarbij stelde iedereen ook de vraag hoe dit toch mogelijk is, in het land waarin de acceptatie van LHBT’ers zo ver is gevorderd.
Nederlanders hebben de meest positieve opvattingen van Europa over lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders (LHBT’ers). Samen met Denemarken en Zweden staan we bovenaan, zo laat het Sociaal en Cultureel Planbureau zien in een rapport uit 2016. Maar gevoelsmatig gaat het helemaal niet zo goed. Er is bijna elke week wel een nieuwsbericht over een incident van anti-homogeweld in Nederland.
Wat is er aan de hand? Is er daadwerkelijk meer anti-homogeweld, of horen we er in dit nieuwe mediatijdperk vooral meer over. Hoe dan ook zien we in verschillende onderzoeken dat het niet zo goed gaat met de LHBT’ers zelf. Ze zijn ongezonder, gebruiken substantieel meer drank- en drugs, hebben meer riskante seks en hebben vaker psychische problemen. Jongere LHBT’ers doen meer dan vier keer zo vaak een zelfmoordpoging als heteroseksuele leeftijdsgenoten.
Het zijn dramatische gegevens, die mogelijk iets zeggen over de werkelijke opvattingen van Nederlanders over LHBT’ers. Er is iets aan de hand waar we liever niet over willen praten. Documentairemaker Botte Jellema dook in alle rapporten, sprak met deskundigen en met slachtoffers van anti-homogeweld.