Correspondenten Melvyn Ingleby en Daisy Mohr over de Turkse inval in Syrië

Bij luchtaanvallen, artilleriebeschietingen en het grondoffensief in het noordoosten van Syrië zijn doden en gewonden gevallen. Maar de berichtgeving over de precieze aantallen loopt uiteen.

Gisteren lanceerden de Turkse strijdkrachten een offensief in het grensgebied. Ankara wil Koerdische milities daar verdrijven en een bufferzone creëren. Turkije beschouwt deze milities als terroristen. De aanval wordt internationaal, ook door Nederland, sterk veroordeeld.

Zeker 181 militaire doelwitten zijn volgens de Turkse autoriteiten onder vuur genomen. Persbureau AP meldt dat zeker zes Syrische grensplaatsen zijn getroffen, verspreid over een gebied van minstens 400 vierkante kilometer.

Ingleby: "Als er één ding is wat zowel Erdogans aanhangers als tegenstanders kan verenigen dan is het een oorlog en ik denk dat daarin wel een binnenlands doel van deze buitenlandse operatie schuilt. We moeten vergeten dat hij juist in de afgelopen maanden te maken heeft gehad met een gesterkte oppositie, verkiezingsnederlagen in steden, een haperende economie en onrust in zijn eigen partij. En dan weet je: een oorlog leidt niet alleen af, maar verenigt ook. Hij heeft weer behoefte aan een sterk verhaal van een heldhaftig Turkije dat zichzelf achter haar president kan schuilen."