Fragment

Jeroen Vullings bespreekt de nieuwe roman van Herman Brusselmans

  1. Fragmentenchevron right
  2. Jeroen Vullings bespreekt de nieuwe roman van Herman Brusselmans

Philippe Sands, Galicische wetten. Over de oorsprong van ‘genocide’ en ‘misdrijven tegen de menselijkheid’, vertaling George Pape, Spectrum, 512 p.


Galicische wetten. Over de oorsprong van ‘genocide’ en ‘misdaden tegen de menselijkheid’ is het derde boek van de Britse jurist Philippe Sands. Het verhaal daarin is de reconstructie van een geschiedenis die door toevalligheden bepaald werd. Plaats van handeling in deze memoir is vooral de West-Oekraïense stad Lviv (Lemberg), waar Sands als gastspreker is uitgenodigd. Daar komt hij zijn eigen geheime familiegeschiedenis op het spoor; zijn zwijgzame grootvader, een Holocaust-overlever, komt daarvandaan. Niet alleen deze Leon Buchholz heeft zijn wortels in Lviv, maar ook twee andere Joden die als jurist betrokken zullen raken bij het proces van Neurenberg, het internationale gerechtshof dat oordeelde over de nazimisdaden: Hersch Lauterpacht en Rafael Lemkin. Zij zijn de grondleggers van de termen ‘genocide’ en ‘misdrijven tegen de menselijkheid’. En dan is daar, als laatste protagonist, de briljante Duitse jurist die voor het kwaad koos: rijksminister Hans Frank. Zij zijn de hoofdrolspelers in deze zoektocht naar de oorsprong en verborgen verhalen van Sands’ familiegeschiedenis en tegelijkertijd naar de oorsprong van het internationaal recht. Een zoektocht die in dit boek culmineert in de Processen van Neurenberg, waar voor het eerst recht gesproken zou worden over massamoord. East West Street is een persoonlijk verhaal over geschiedenis, dat leest als een roman. Zo’n zeldzaam boek dat nu eens passend recht doet aan die, in de meeste gevallen wat heterogeen en daardoor schurende overkomende genreaanduiding ‘literaire non-fictie’.  


Philippe Sands, Galicische wetten. Over deoorsprong van ‘genocide’ en ‘misdrijven tegen de menselijkheid’, vertalingGeorge Pape, Spectrum, 512 p.


Hugo Claus maakte op jonge leeftijd al naam met zijn roman De Metsiers, een broeierig Vlaams familiedrama vol achterlijkheid en primitieve omgangsvormen, waarvoor hij zich had laten inspireren door de Amerikaanse Noberlprijswinnaar Faulkner. Herman Brusselmans zag het kennelijk als zijn schone taak Claus eventjes te emuleren, want in zijn nieuwe roman Feest bij de familie Van de Velde trekt hij alle breugheliaanse registers open. De oude Mest Van de Velde wordt 85 jaar en dat feit moet luister bij gezet worden door een groot feest, waar Herman Brusselmans ook nog even op zijn motor verschijnt tegen het slot. Om de boel nog meer te verkloten. Festen is kinderspel vergeleken bij Brusselmans’ familiefeestje. ‘Het was daar een vrolijke boel’, zegt hijzelf. Dan weet je het wel.


Peter Drehmanns, Van de wereld, Marmer, 283 p.

De naam van Peter Drehmanns lijkt synoniem te zijn met een vloek in het land der letteren: hij zou een kansloze schrijver zijn, die niet alleen elf romans en een verhalenbundel heeft geschreven, maar ook een stelletje gedichtenbundels. Tijdens het Boekenbal moet hij zichzelf vermaken: weer geen kaartje. Noodgedwongen moest hij na tig boeken zelfs op zoek naar een andere uitgever, toen uitgeverij Querido hem dumpte. Want: zijn boeken verkopen niet genoeg. Onbegrijpelijk, want wie de moeite neemt – zich dat plezier toestaat – om Drehmanns nieuwe roman Van de wereld te lezen (het tragische verhaal over de negentwintigjarige Daan Vos, in zijn arbeidzaam leven een betrokken kindervoogd en daarbuiten iemand die zichzelf fors naar de klote helpt, met drank, drugs en korte Tinderveroveringen tot hij de riskante oudere vrouw Lara ontmoet, ook geen doetje) valt van de ene in de andere verbazing: die uitbundige célineske, raillerende stijl, de humor, de vertelvaart, de rijkdom aan beelden. Nee, geen vloek, die Drehmanns, een zegen voor de literatuurminnaar.