Voor het eerst is het Rotterdamse studentenverzet goed onderzocht
- Fragmenten
- Voor het eerst is het Rotterdamse studentenverzet goed onderzocht
Historicus en schrijver Merel Leeman zocht op zolders en in archieven naar Rotterdamse verzetsgroepen in de Tweede Wereldoorlog. Ze kreeg daardoor een goed beeld van hoe verzet binnen het studentenleven eruit zag.
Het studentenverzet in Rotterdam is geen 'ver van haar bed show' voor Leeman. Haar opa, Everhard Koppius, zat in het verzet en werkte samen met 'De Keien'. De Keien waren eerst nog een jaarclub van het Rotterdamsch Studenten Corps, maar groeide in de loop van de oorlog uit tot een verzetsgroep. Frits Ruys was hun leider. "In totaal waren het acht jongeren die uit een elitair handelsmilieu kwamen. Tijdens de oorlog waren ze relatief vrij. Ze gingen naar college en in de avond naar de kroeg."
Hoe hun verzet groeide las Leeman in logboeken en dagboekfragmenten die ze vond in een kist op zolder bij een van de nazaten. "In de eerste jaren van de oorlog was er een heel langzame bewustwording naar wat die oorlog was en wat dat precies betekende voor deze jongeren", zegt Leeman. De historica heeft daar ook wel een goede verklaring voor. "Ze hadden een goede achtergrond en de handel in Rotterdam ging gewoon door."
Handelslieden
En dat bracht haar bij een onderzoek naar vooraanstaande Rotterdamse handelslieden ten tijde van de oorlog. Vooral Karel Paul van der Mandele viel haar op. Van der Mandele was bankier en voorzitter van de Rotterdamse Kamer van Koophandel. Na de Tweede Wereldoorlog was hij een belangrijke initiator van de wederopbouw van Rotterdam, met name door het aanjagen van nieuwe woonwijken en infrastructuur. De Beneluxtunnel en de Van Brienenoordbrug komen onder andere uit zijn koker. Als resultaat wordt Van der Mandele nog altijd op een voetstuk geplaatst in de havenstad. Onder meer een straat in Rotterdam is naar Van der Mandele genoemd.
Pragmatische overweging
"Dat klinkt heel nobel, maar hoe hij zijn positie tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft vervuld is minder fraai. Dat is onder het tapijt geschoven en ik denk dat heel veel mensen niet weten wat er zich heeft afgespeeld. Ik wist het ook niet." Al twee maanden na het bombardement op de stad was Van der Mandele bij een door de Duitse bezetter georganiseerde bijeenkomst om te praten over economische samenwerking. "Van der Mandele kreeg wel kritiek, maar de handel moest door. In zijn optiek was het vooral een pragmatische overweging om handel te blijven drijven met het Duitse achterland, maar gaandeweg raakte hij ook meer overtuigd van de leiding van de Duitsers." Na de oorlog nam de zakenman zitting in de Centrale Zuiveringsraad voor het Bedrijfsleven. Iedereen die handel had gedreven met de Duitsers was strafbaar maar Van der Mandele had zich een weg daaruit zien te wurmen.
Ondertussen bloeide het studentenverzet aan het eind van de oorlog op. "De Keien regelden onderduikadressen en vluchtroutes voor joden en geallieerde piloten." Niet zonder risico. Frits Ruys moest het met zijn leven bekopen.
Leeman besloot er een boek over te schrijven: 'De Keien'. Haar boek is tevens het eerste officiƫle onderzoek naar het studentenverzet in Rotterdam.
Video niet beschikbaar