Fragment

Een wereld vol kunst en cultuur met Emma Louise Diest: drie keer Parijs

  1. Fragmentenchevron right
  2. Een wereld vol kunst en cultuur met Emma Louise Diest: drie keer Parijs

De vaste cultuurduider Emma Louise Diest praat Humberto en jou, de luisteraar, 1 keer per maand bij over alle cultuur in Nederland. Waar moeten we heen, wat moeten we zien? Deze maand: drie keer Parijs. Van Den Haag tot in Parijs zelf, de geschiedenis van de stad is nu te bewonderen in drie verschillende exposities. Bekijk hieronder het item uit de uitzending, of lees de beschouwing van Diest nog eens na.

Video niet beschikbaar

Nieuw Parijs: van Monet tot Morisot (Kunstmuseum, Den Haag)

Parijs, een nieuwe stad? Het lijkt een tegenstelling, maar schijn bedriegt. Deze stad, die een rijkdom aan beelden en betekenissen oproept, is niet voor niets zo'n iconische plek geworden. Ooit was Parijs een duister oord, waar cholera de benauwde straten vulde en de lucht zwaar was van dood en verderf.

In Kunstmuseum Den Haag nemen we in de tentoonstelling Nieuw Parijs afscheid van de, zoals Victor Hugo omschreef 'levende afgrond'. Georges-Eugène Haussmann was de stedenbouwkundige die Parijs definitief veranderde. De grootte van zijn project is nu bijna niet meer voor te stellen, de stad ging volledig op de schop.

Het begin van een reis naar de grandeur van het Parijs dat we nu kennen. Een stad vol licht, afkomstig van de gloednieuw aangelegde gaslantaarns, met schoon drinkwater door de nog glimmende waterreservoirs, en met alle ruimte van de grote uitgestrekte boulevards waar naar hartenlust kon worden geflaneerd.

We worden omringd door foto's en tekeningen van opbouw van de aankomende stad, die ook na alle vernieuwingen nog een hevige oorlog te voortduren zou krijgen. Na de strijd tegen Pruisen werden de ruïnes in een bloedgang opgeruimd. We maken het in korte tijd mee, vergezeld door de vele werken van de impressionisten. Monet die ons na de oorlog het zonnige nieuwe Parijs laat zien en daarbij geraffineerd de brokstukken weglaat, zich wijdend aan het weelderige groen van Jardin de Tuileries.

We leren hoe de parisienne in de markt werd gezet en tot in de puntjes werd uitgedacht. Het beeld van Parijs is voor een groot deel de uitkomst van een goed vooropgezet plan.

Revoir Paris: Parijs door de lens van de gebroeders Séeberger, 1900–1907 (Huis Marseille, Amsterdam)

In Huis Marseille komen we in de expositie Revoir Paris de parisienne opnieuw veelvuldig tegen op de foto's van de gebroeders Séeberger. De broers die toen nog als amateurs meededen aan de vele fotowedstrijden die er in het begin van de 20e eeuw in Parijs werden gehouden.

Het echte Parijse leven van de Belle Epoque, wanneer we onze ogen half sluiten lijken we in de beelden van de gebroeders te verdwijnen. Grote koepelrokken, hoeden, smalle tailles, rustig lezend aan de rand van de net aangelegde parken, maar we komen ook in het rouwe leven van oud Montmartre terecht. De broers wilden het Parijse leven vastleggen als een bijna bewegend document en experimenteerden veelvuldig met verschillende fotografie technieken. De grote werken van de Séebergers waren zeer uitzonderlijk voor die tijd en vielen op. De vrijheid van de kunstenaar werd in Parijs gevierd en de grote aantrekkingskracht van de stad reikte tot ver buiten de Franse landsgrenzen.

Paris Noir: Artistic circulations and anti-colonial resistance, 1950–2000 (Centre Pompidou, Parijs)

Hoewel daarover na het zien van deze twee tentoonstellingen geen twijfel meer bestaat, voel je pas echt het belang van Parijs als broedplaats, bij het bezoeken van Paris Noir in Centre Pompidou. Nietsvermoedend loop ik het imposante gebouw binnen waarvan het lijkt alsof het in constante staat van verbouwing verkeert. Het tegendeel is waar, het museum uit de jaren 80, is nodig toe aan vernieuwing. In september is het zover, dan sluit Pompidou zijn deuren voor vijf jaar.

Op de valreep brengt het museum met Paris Noir nog een buitengewoon indrukwekkende tentoonstelling. Het is bomvol, maar zodra ik in de eerste zaal oog in oog sta met het kleine schilderij van Gerard Sekoto, dat ook het affiche van de tentoonstelling siert, lijken de mensen om mij heen even te verdwijnen. Ik word aangekeken, zo voelt het, de blik van iemand die weet wat ik zie, weet wat ik voel.

De kracht die uitgaat van deze expositie is ongeëvenaard. Parijs, een stad van ontmoetingen, waar je als zwarte schilder, schrijver, beeldhouwer of componist gewoon kunstenaar kon zijn. James Baldwin kwam aan het begin van zijn carrière naar Parijs en ontdekte daar de creatieve vrijheid die hij in Amerika miste. Hij bewonderde de schilder Beauford Delaney, ouder, wijzer, door de wol geverfd en iemand die het leven in Parijs voor hem vormgaf.

Aan de hand van deze kunstenaars lopen we mee door het Parijs waar zoveel talent zich in tussen 1950 en 2000 vanuit Afrika, Noord- en Zuid-Amerika en het Caribisch gebied verzamelde, talent dat door de kleur van de kunstenaars lang een plek in musea werd geweigerd. Iba N'Diaye, Valérie John en Gordon Parks, het zijn namen die horen bij de meest mooie werken die ik in tijden heb gezien. Ze dragen een eigen verhaal, een eigen stijl, een eigen kleur, waarin politiek niet zelden zowel noodzaak is als kunst.
Helaas dreigen we het oeuvre van veel van deze kunstenaars te verliezen. We voelen met recht een verantwoordelijkheid om ons over deze kunstschatten te ontfermen. Parijs is een stad die niet voor niets zo'n sterk beeld bij ons oproept. Zelfs over de vorm van de stenen is zorgvuldig nagedacht, toch blijft het verhaal van Parijs levend door de mensen die er in de toekomst hun voetstappen zullen achterlaten.