Militairen hebben te weinig minutie

Militairen die op missie gaan klagen over te weinig munitie. Maar liefst een op de vijf uitgezonden militairen heeft hier mee te maken. Dat blijkt uit een enquete onder alle militaire vakbonden. “Zeer ernstig en levensgevaarlijk om zonder munitie te zitten tijdens een missie”, aldus Anne-Marie Snels, voorzitter van de AFMP, een van de deelnemende bonden. De militairen geven aan dat het om een structureel probleem gaat. Ruim de helft van de militairen heeft ook te weinig munitie tijdens oefeningen. Hierdoor kan er niet voldoende of niet voldoende realistisch geoefend worden, wat grote gevolgen heeft voor militairen die daardoor niet voldoende getraind op missie kunnen. 

Basisgereedheid niet op orde

Ruim 47% van de militairen geeft aan dat bij de eenheid waarin ze zitten de basisgereedheid niet op orde is. Ook heeft een kwart van de militairen een incomplete persoonlijke uitrusting. Dat betekent dat ze geen helm hebben, niet de juiste schoenen, onvoldoende kleding en onvoldoende uitrusting om op pad te gaan. Veel militairen kopen op eigen rekening uitrusting bij dampshops. 

Materieel niet inzetbaar

Ook de inzetbaarheid van voertuigen en wapensystemen is sterk verslechterd, aldus de militairen. Het ontbreekt aan reserve-onderdelen, een groot deel staat stil om daarmee te voorkomen dat de spullen slijten. Eén van de militairen: “Er staan 10 voertuigen stil om er eentje te laten rijden.” Over de uitrusting: “Wij hadden niet de juiste uitrusting voor het klimaat in het gebied, voor goede schoenen moesten we zelf zorgen.” 

Angstcultuur

Misstanden melden wordt niet gewaardeerd. Als het bijvoorbeeld over de inzetbaarheid van het personeel of het materieel gaat dan mag er niet ‘rood’ (niet inzetbaar) gerapporteerd worden. Ruim 65% vindt dat Defensie niet om kan gaan met kritiek. Als je kritiek hebt, word je al snel als een ‘geval’ of als een ‘dossier’ bestempeld. 

Rode kaart voor minister Hennis

Het grootste deel van de militairen heeft geen vertrouwen in de militaire top. Zij geven minister Hennis van Defensie de rode kaart. Aan de enquête deden bijna 8500 militairen mee. De enquête werd gehouden nog voordat de cao-onderhandelingen klapten.