Marielle vanuit Charleroi
- Fragmenten
- Marielle vanuit Charleroi
“Er wordt altijd gezegd dat God de wereld schiep en de Nederlanders Nederland. Dat geldt ook voor Charleroi. In en om de stad liggen meer dan 300 heuvels, die in werkelijkheid bergen afval uit de mijnen zijn.” Aan het woord is Jean Louis Delaet, directeur van Le Bois du Cazier, museum voor industrieel erfgoed. Op de plaats waar nu het museum gevestigd is vond in 1956 een van de grootste mijnrampen van Europa plaats. 262 mijnwerkers kwamen daarbij om het leven. De ramp liet diepe sporen na in de regio, maar zorgde ook voor de grote onderlinge solidariteit, die de Carolo’s , zoals de inwoners van de stad worden genoemd, nog steeds kenmerkt. De meeste bezoekers komen dan ook uit de de regio. “Deze stad heeft geen monumentale kastelen of kathedralen, dit is onze identiteit: hoogovens, mijnen, fabrieken. Daarom is het zo belangrijk dat er een aantal van die karakteristieke gebouwen bewaard blijft. Zodat de herinnering ook voor de jongere generatie aanwezig blijft.”
Een goed voorbeeld van die nieuwe werkgelegenheid is het gebied rondom het vliegveld. Daar is naast luchtvaart gerelateerde maakindustrie ook het Biopark gevestigd, waar inmiddels meer dan 1000 mensen werken. Het begon allemaal met een onderzoeksinstituut van de Vrije Universiteit Brussel, waarna allerlei zakelijke partners volgden. Directeur Dominique Demonté noemt het een ecosysteem. “Het is heel belangrijk dat je niet alles wilt doen maar je specialiseert in een paar vakgebieden. Dan moet je zorgen dat de omstandigheden optimaal zijn voor zowel wetenschappers als zakelijke ondernemingen. Het ene bedrijf trekt het andere aan. En je moet de overheid achter je hebben staan. “ Op dit moment werken er op het Biopark voornamelijk wetenschappers en mensen met een hogere beroepsopleiding. Voor de arbeiders die vroeger in de fabriek werkten is het werk te ingewikkeld. Maar hoe groter de bedrijven, hoe meer banen er ook komen voor lager opgeleid personeel. “Ze hebben ook beveiligers, schoonmakers en cateringmedewerkers nodig.”
Charleroi verandert wel. Zo is in 5 jaar tijd een deel van het centrum afgebroken en verrees er een reusachtig nieuw winkelcentrum. Ook de kades van de rivier de Samber kregen een metamorfose. “Het probleem van Charleroi was dat niemand meer naar het centrum kwam. Met deze opknapbeurt is dat verandert. Nu komen de mensen graag.” De burgemeester krijgt gelijk van ondernemers uit het oude centrum. Zowel de stipwinkel BD als café de Paris hebben sinds de opening van het winkelcentrum meer klanten. De eigenaars zien de toekomst weer zonnig in. Het winkelcentrum trekt veel bezoekers, die allemaal terug komen met bruine papieren tassen van de Primark, de grootste trekker van het centrum.
Huisvestingsproblematiek is ook een van de stokpaardjes van huisarts en gemeenteraadslid Sofie Merckx. “Huisvesting is hier een groot probleem. Er zijn veel te weinig betaalbare sociale huurwoningen en te veel huisjesmelkers. De stad pakt aan de ene kant de huisjesmelkers aan, waardoor de huurders eruit moeten maar zorgt niet voor een alternatief. “ Als het aan Merckx ligt gaat de stad investeren in goedkopere huurwoningen. Hoe kan het dan dat er ook zoveel huizen leeg staan in Charleroi? Dat is het verhaal van de Belgen, die een baksteen in hun maag hebben. “Iedereen wil hier een eigen huis. Ze hebben net genoeg geld om een woning te kopen, maar het onderhoud kunnen ze niet betalen.”
Video niet beschikbaar