Nieuwe stichting: ‘Achter de schermen overleg met Den Haag over terugkeer Jihadkinderen’

De nieuwe Stichting Achterblijvers, die jihadkinderen en hun moeders terug wil halen uit Syrische kampen naar Nederland, is in gesprek met verschillende politieke partijen. Dat zegt vader en grootvader Hoessein, woordvoerder van de stichting, in het radioprogramma 1op1. “Achter de schermen is wel wat gaande, noem het stille diplomatie, maar ik mag er de komende twee weken niets over zeggen.”

“Ik heb contact met Kamerleden, één daarvan zit in de coalitie, maar ik mag daar de komende twee weken niets over zeggen”, Hoessein uit. Hij heeft in ieder geval contact met Kamerleden van de PvdA, maar wil er verder niets meer over zeggen.

Volgens Hoessein wordt over drie weken duidelijk, of en hoe de Nederlandse overheid om gaat met het duivelse dilemma over de terugkeer van jihadkinderen en jihadbruiden.

“Het gaat om onschuldige kinderen, die ook slachtoffer zijn. In dit geval is het beter om ze gecontroleerd terug te halen. Straks worden ze volwassen, met gevoelens van wrok en verraad”, legt Hoessein uit, die niet met zijn achternaam vermeld wil worden. Nederland moet volgens hem haar verantwoordelijkheid nemen. “Dagelijks komen daar kindertjes om het leven.”

De Stichting wil vooral gehoord worden als serieus gesprekspartner en gaat geen geld ophalen. Hoessein is in gesprek met het Rode Kruis, politieke partijen en het Rode Kruis, die heeft aangegeven te willen helpen met de terugkeer. “Het gaat ons vooral om de kinderen, maar die kun je niet scheiden van de moeder”, vindt Hoessein.

De ex-vrouw, zoon en dochter van Hoessein zijn uitgereisd naar Syrië. Zijn zoon is bij een bombardement om het leven gekomen. Zijn dochter heeft in het kalifaat kinderen gekregen, ze zitten momenteel in het kamp onder het bewind van de Koerden. Vier maanden geleden had hij voor het laatst contact. “Het gaat redelijk met haar, met mijn kleinkinderen niet. Alle kinderen zijn daar ziek”, vertelt Hoessein.

Volgens vader Hoessein liggen alle draaiboeken voor een terugkeer klaar, maar wil Nederland de kinderen en jihadbruiden niet ophalen. Inlichtingendiensten waarschuwen voor kinderen zo jong als negen, die mogelijk al een terroristische opleiding hebben gehad in het kalifaat. Hoessein erkent dat, “wanneer er een barbaarse berechting plaatsvond op het plein, hebben kinderen dat verplicht gezien ja.”

Maar, vindt Hoessein, “het Nederlandse rechtssysteem moet Syriëgangers met een vergiftigd gedachtegoed als zijn dochter oppakken en vervolgen.” In de documentaire van Sinan Can bezoekt Hoessein zijn dochter Meryem en omhelst hij zijn kleinkinderen. Ze zegt dat ‘ze er in is geluisd.’ “Ik geloof haar niet, ze is bezig met haar verdediging, ik ben ongelooflijk nijdig op haar, maar we hebben in Nederland een goed rechtssysteem”, zegt Hoessein.

Een internationaal tribunaal is voor hem geen oplossing. “Dan loopt Nederland weer weg voor haar verantwoordelijkheid”, vindt Hoessein. “We kunnen het probleem niet wegwuiven en de mensen in een bad laten verdrinken of vergassen”, zegt vader en grootvader Hoessein.